Stille revolutie bij de CD&V
De CD&V heeft het niet voor opvallend bochtenwerk. Koersveranderingen op het gebied van strategie worden meestal in alle stilte genomen. Maar deze keer kunnen we er toch niet naast kijken. De CD&V heeft haar koers jaren op de N-VA afgestemd, zowel tijdens het kartel met de N-VA als nadien. Minister-president Kris Peeters kon tot voor kort geen kwaad woord zeggen van de N-VA en geen goed woord van de 6de Staatshervorming of de federale regering. Terwijl zijn eigen partij een cruciale rol speelt in die 6de Staatshervorming en deel uitmaakt van de federale regering. Met zijn pleidooi voor “confederalisme” legitimeerde Kris Peeters gedurende jaren het discours van Bart De Wever. Maar dat is dus allemaal over en out.
Wouter Beke en Steven Van Ackere hadden sinds de gemeenteraadsverkiezingen al signalen gegeven dat de CD&V fier haar eigen koers ging voeren. De toespraak van Wouter Beke op de nieuwjaarsreceptie van de partij vorige week heeft de nieuwe lijn geconsolideerd. Geen nieuwe staatshervorming na de verkiezingen van 2014, zei Beke heel ferm. Dat is een evidentie voor alle redelijke mensen, maar een totale breuk met de koers van de N-VA. De inzet van de verkiezingen volgend jaar is voor Beke de invulling van de nieuwe bevoegdheden van de “deelstaten”: kindergeld, woonfiscaliteit etc. Daarmee zit de partij in domeinen die haar goed liggen en heel belangrijk zijn voor haar (potentiële) kiezers. Kers op de taart: het interview met Wouter Beke in de Standaard vorige week. De voorzitter van de CD&V gaf een van zijn sterkste interviews ooit: zelfbewust, fier, authentiek en duidelijk. Geen woord van Beke dat de N-VA legitimeerde. Integendeel: een voor de N-VA verwoestende vraag die de CD&V al een paar keer in het publieke debat gegooid heeft: «Willen alle partijen nog een federale regering of niet? » Daarmee raakt de CD&V een heel gevoelige snaar. De fans van De Wever denken dan wel dat de N-VA niet in de federale regering mocht zetelen. Maar bij niet-kiezers en potentiële N-VA-kiezers is daar veel twijfel over: wilden ze eigenlijk wel in de federale regering? De vraag die de CD&V nu op de agenda zet is: quid in 2014? Zal de N-VA dan wel de sprong naar de federale regering wagen? Bart De Wever kreeg deze week de vraag van een journalist van de Standaard en hij begon te zwalpen. Als de CD&V en de Vlaamse pers die vraag nog 500 keer stellen, kan een deel van de Vlaamse kiezers zich in 2014 wel eens afvragen of het wel nog nuttig is voor de N-VA te stemmen. Want die partij gaat toch opnieuw in de oppositie.
Wouter Beke had in zijn interview nog een krachtige boodschap: Wij willen opnieuw de 16, de eerste minister. Boodschap aan de Vlamingen: wie de Waalse Di Rupo (PS!) wil vervangen door een Vlaamse eerste minister, moet maar op de CD&V stemmen, en zeker niet op de N-VA want die willen dat mandaat toch niet. Zonder de N-VA ook maar één keer bij naam te noemen, maakte Beke duidelijk dat er een hemelsbreed verschil is tussen de CD&V en de N-VA, dat CD&V een duidelijk project heeft dat goed is voor de Vlamingen en dat stemmen op de N-VA tot nergens leidt. Een dergelijk discours is jaren lang ondenkbaar geweest.
Heeft de Vlaamse vleugel van de CD&V die bocht genomen zonder een prijs te vragen? Natuurlijk niet. Kris Peeters & friends lijken een dikke vis gekregen te hebben: een verrechtsing van de partijlijn op socio-economisch vlak. Om het kort samen te vatten: terwijl de linkervleugel van de CD&V al jaren op een aantal socio-economische dossiers kan wegen en moet zwijgen op communautair vlak, lijkt er een complete ommezwaai gemaakt te zijn. Het ACV en ACW mogen zich verheugen in een communautaire rust van een jaar of vijf, maar moeten op socio-economisch vlak een verrechtsing van de standpunten van de CD&V aanvaarden. Het resultaat van een stille revolutie bij de CD&V.
Betekent dit ook dat de kans bestaat dat de CD&V in 2014 zal besturen zonder de PS? Als dat mathematisch mogelijk is, is dat niet uitgesloten. Zo zou de CD&V realiseren waarover De Wever al jaren spreekt: een federale regering zonder de PS en een rechts socio-economisch beleid. Waarbij de CD&V in parallel op Vlaams niveau sterk zijn stempel kan drukken op nieuwe bevoegdheden zoals kindergeld en woonfiscaliteit. Misschien zelfs in een Vlaamse regering zonder de N-VA. Want de verkiezingsoverwinning van de N-VA op 14 oktober heeft de drie traditionele partijen vele tientallen burgemeesters en honderden schepenambten gekost en dat hebben ze absoluut niet verteerd. Los van het feit dat de N-VA de laatste tijd wel heel arrogant over de coalitiepartners heen walste, bv. in het dossier van de Oost-Vlaamse gouverneur. Ik kan me best inbeelden dat men zowel bij CD&V, VLD als sp.a de N-VA eens heel graag op zijn plaats zou zetten, of liever nog, op een nieuwe plaats: op de oppositiebanken in het Vlaams Parlement.